News
Waar de huidige Wet werk en zekerheid (WWZ) heeft gefaald in het verminderen van de kloof tussen vast en flex en een balanceer act is gebleken, is het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) ingediend door minister Koolmees om meer stabiliteit aan te brengen in de uitgangspunten flex minder flex te maken en vast minder vast. De gedachte hierachter? Flexibiliteit moet worden ingezet als het werk daarom vraagt en niet omdat het een kostenvoordeel oplevert. Daarom moet het aanbieden van vaste contracten aantrekkelijker worden.
De belangrijkste punten van de WAB in het kort:
- Om het aanbieden van vaste contracten aan te moedigen zullen werkgevers hogere premies moeten betalen voor de flexibele krachten;
- Voor alle werknemers ontstaat (in beginsel) vanaf de eerste werkdag recht op een transitievergoeding en de verhoging van de vergoeding bij een lang dienstverband wordt afgeschaft;
- De ketenregeling wordt verruimd, waardoor de periode waarin tijdelijke contracten mogen worden gegeven teruggaat naar drie jaar (zoals voor de WWZ het geval was);
- Ook het ontslagrecht wordt versoepeld, er zal een cumulatiegrond worden geïntroduceerd waardoor ontslagredenen gecombineerd mogen worden tegen de prijs van een hogere transitievergoeding;
- Om de rechtszekerheid van payrollwerknemers te verbeteren, moet deze groep volgens de WAB dezelfde arbeidsvoorwaarden krijgen als de werknemers die daadwerkelijk in dienst zijn bij de werkgever.
Inmiddels is een belangrijke stap gezet, donderdag 31 januari is de steun van een Kamermeerderheid bereikt. Niet op alle punten blijft het wetsvoorstel van minister Koolmees overigens overeind: zo wordt het idee om een verlengde proeftijd voor vaste contracten mogelijk te maken (na een regen aan kritiek) uit het wetsvoorstel geschrapt. Ook ten aanzien van de payrollmedewerkers is nog niet alles in kannen en kruiken: op basis van het originele wetsvoorstel krijgt deze groep gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden maar slechts een ‘adequaat’ pensioen. De Kamermeerderheid steunt de oproep van linkse partijen om óók ten aanzien van pensioenrechten gelijkwaardige voorwaarden te bedingen voor de payrollwerknemers.
Op korte termijn zal de Kamer stemmen over alle ingediende amendementen, waarna het wetsvoorstel weer zal worden aangepast.
Men streeft voor het overgrote deel van de wijzigingen naar inwerkingtreding per 1 januari 2020. Wordt de nieuwe wet een succes of staat hetzelfde lot te wachten als de WWZ? De meningen zijn op dit punt nog sterk verdeeld. We zullen het zien.
Lees ook onze eerdere publicatie voor een volledig overzicht van het wetsvoorstel.
